Denk je dat ik geloof dat je hoopt …? De kracht van recursie

In mijn vorige blog schreef ik over recursie – zelf-replicatie, ofwel wanneer een regel of procedure wordt toegepast op zijn eigen opeenvolgende resultaten. Sommige taalkundigen beweren dat recursie een bepalend aspect is van de menselijke taal: onze grammatica stelt ons in staat woorden te combineren tot complexere structuren, die op hun beurt weer worden gecombineerd tot nog complexere structuren, vergelijkbaar met matroesjka-poppen. Ik betoogde echter dat recursie in grammatica niet helemaal overeenkomt met de huidige centrale status in de taaltheorie, aangezien dit hiërarchische gebruik van regels in de meeste, zo niet alle, aspecten van het leven aanwezig is. Maar betekent dit dat recursie iets triviaals en saais is? Zeker niet! Als een toverstaf stelt het ons, de mens – algemeen beschouwd als een zeer sociaal dier – in staat elkaar op een zeer efficiënte en flexibele manier te begrijpen en met elkaar te communiceren.


Lachen als een boer met kiespijn

Een neppe glimlach herkennen is soms moeilijker dan je denkt. Hoewel mensen van nature sociale wezens zijn, zijn de meesten van ons verrassend slecht in herkennen of een glimlach oprecht is of niet.


Wat ik tijdens de COVID-19-lockdown geleerd heb over taalontwikkeling: Labels kunnen helpen om de wereld te begrijpen

De eerste COVID-19-golf bracht een lockdown in Nederland en veel onzekerheid met zich mee. Ten tijde van de eerste lockdown, in maart 2020, was mijn dochter ongeveer 20 maanden oud en kon ze zinnetjes van twee woorden maken. Omdat we elke dag samen gingen wandelen, kon ik uit de eerste hand ervaren wat het betekent om een taal te leren (begrijpen).